Tijdelijk geen behandeling kleine woningbouwplannen met planologische procedure
Per 10 januari 2025 neemt de gemeente Deurne woningbouwplannen tot en met 5 woningen waarvoor een planologische procedure nodig is, tijdelijk niet in behandeling.
Dit geldt voor één jaar, met mogelijk een verlenging van maximaal 1 jaar (dus tot uiterlijk 31 december 2026). Er zijn enkele uitzonderingen, bijvoorbeeld:
- (Pre)mantelzorgwoningen;
- Bedrijfswoningen;
- Woonzorginitiatieven;
- Transformatie en/of splitsing van een bestaand pand /bestaande woning.
Wat betekent dit voor u?
Bent u bezig met een woningbouwplan voor 1 tot en met 5 woningen waarvoor een planologische procedure nodig is? Dan kunt u uw verzoek voor behandeling wel indienen in 2025. Wij behandelen deze echter pas in 2026 en mogelijk nog een jaar later. Wij beseffen terdege dat uw woningbouwplan een onwelkome vertraging kan oplopen doordat wij uw verzoek niet direct behandelen.
In januari 2026 sturen wij alle indieners van plannen een bericht. Bij voorkeur nemen wij alle plannen vanaf dan weer in behandeling. Maar als we weten dat dit niet lukt, dan zijn we daarover liever duidelijk. U ontvangt dan van ons bericht dat de periode waarin we uw verzoek niet in behandeling nemen, met een jaar wordt verlengd.
Verzoeken die op dit moment al bij ons zijn ingediend, nemen wij nog wel in 2025 in behandeling.
Wanneer uw woningbouwplan indienen?
Wij adviseren u om te wachten met het indienen van uw verzoek. Vanaf 1 januari 2026 moeten plannen namelijk wettelijk volgens een andere systematiek worden opgesteld. U kunt dit dan direct op de juiste manier doen en bespaart hiermee extra werk voor uzelf. De volgorde waarin we verzoeken in behandeling nemen, hangt af van onder andere de grootte en locatie van plannen. We kijken daarbij naar de meerwaarde voor Deurne, de omgeving en de aanvrager.
Waarom nemen we tijdelijk geen kleine woningbouwplannen in behandeling?
De behoefte aan woningen in Deurne is groot. Wij vinden het belangrijk om zo snel én goed mogelijk in die behoefte te voorzien. Daarbij hebben we de taak om woningbouwplannen te toetsen, mee te denken over hoe het plan ingepast kan worden en de wettelijke procedure te doorlopen. Wij krijgen echter zoveel verzoeken dat we deze niet allemaal gelijktijdig kunnen behandelen. De mogelijkheden om extra capaciteit in te zetten zijn helaas niet aanwezig, er zijn géén extra gekwalificeerde mensen beschikbaar op de arbeidsmarkt. We moeten daarom keuzes maken. We kijken daarbij met name naar het maatschappelijk belang. Daarom kiezen we ervoor om voorrang te geven aan woningbouwplannen van meer dan 5 woningen. Dat stelt ons in staat om in zo kort mogelijke tijd zoveel mogelijk in de woningbehoefte voorzien. Zouden we dit niet doen, dan kunnen we minder woningen in Deurne realiseren.
Is tijdelijk wel echt tijdelijk?
Er is ons veel aan gelegen om lopende en nieuwe grotere woningbouwplannen in 2025 zo ver te brengen dat ze ter inzage kunnen worden gelegd. Vanaf 1 januari 2026 geldt namelijk een nieuwe systematiek op basis van de Omgevingswet (STOP-TPOD). Plannen die niet voor 1 januari 2026 ter inzage zijn gelegd, moeten aan deze nieuwe systematiek voldoen. Door te focussen op de grotere plannen kunnen we zo snel én goed mogelijk in de grote woningbehoefte voorzien. Na de ontwikkeling en implementatie van de nieuwe systematiek kunnen we weer gewoon alle verzoeken voor woningbouwplannen in behandeling nemen.
Definitie planologische procedure
Een planologische procedure is de procedure om de strijdigheid op te lossen als een bouwplan, verbouwing of een plan voor herbestemming niet past binnen de regels van het geldende omgevingsplan (voorheen: bestemmingsplan).
Past een project niet binnen het omgevingsplan, dan heeft een initiatiefnemer twee keuzes:
- Een aanvraag doen voor het wijzigen van het omgevingsplan, eventueel voorafgegaan door een verzoek voor een planologische principe-uitspraak. De tijdelijke maatregel voor kleine woningbouwplannen is op deze aanvraag van toepassing.
- Een aanvraag doen voor een omgevingsvergunning, met een planologische procedure om af te wijken van het omgevingsplan. Dit heet een Buitenplanse Omgevingsplanactiviteit (BOPA). Hiervoor gelden – net als bij andere aanvragen voor een omgevingsvergunning – wettelijke termijnen voor behandeling. De tijdelijke maatregel voor kleine woningbouwplannen is hierop dus niet van toepassing. Voor een BOPA moet een initiatiefnemer gedetailleerdere gegevens aanleveren voor het beoordelen van de aanvraag dan bij een aanvraag voor wijziging van het omgevingsplan. BOPA’s worden daarom vooral voor ‘eenvoudigere’ aanvragen ingediend. Een initiatiefnemer zal immers het risico afwegen: welke kosten moet ik maken en welk risico loop ik dat mijn aanvraag aangevuld of aangepast moet worden of geweigerd wordt.
Ter verduidelijking hieronder de verschillende mogelijkheden in beeld:

De tijdelijke maatregel geldt dus alleen voor projecten waarbij vijf of minder woningen worden gerealiseerd en waarvoor een omgevingsplan moet worden gewijzigd. Een aanvraag omgevingsvergunning wordt altijd in behandeling genomen.
Aanvragen zonder planologische procedure worden wel in behandeling genomen
Als géén planologische procedure noodzakelijk is worden deze aanvragen in behandeling genomen. Het gaat dan om een aanvraag omgevingsvergunning en deze worden altijd in behandeling genomen. Dit is een wettelijke verplichting.